Tip 10 Lichaamstaal

Non-verbale communicatie

Het is onmogelijk om niet te communiceren. Ook al zeg je niets, je communiceert; je zendt altijd berichten uit, of je nu wil of niet. Dat gaat verbaal, maar ook non-verbaal. Als je bijvoorbeeld in de trein zit en degene tegenover je heeft geen behoefte om te praten, dan straalt die persoon dat ook uit: door bijvoorbeeld naar buiten te kijken, door te doen alsof hij/zij slaapt of door zich te verdiepen in een boek. De persoon zendt de boodschap ‘ik wil niet praten’ uit.

Niet gesproken (ofwel non-verbale) boodschappen zijn niet altijd even duidelijk.

Een gefronst voorhoofd kan bijvoorbeeld verschillende dingen betekenen: irritatie, ongenoegen, maar iemand kan ook gewoon aan het nadenken zijn of misschien wel hoofdpijn hebben. Non-verbale communicatie is daarmee soms voor meerdere interpretaties vatbaar, het is wel goed je daarvan bewust te zijn.

 Bij non-verbale communicatie kun je denken aan:
  • oogcontact
  • houding
  • manier van zitten
  • gebaren
  • mimiek
  • intonatie
  • ademhaling
                

Non-verbale communicatie gaat hier niet over goed of fout, meer om je ervan bewust te maken dat ook wanneer iemand niets zegt, die persoon toch iets uitstraalt, bedoeld of onbedoeld dus. Ook jij terwijl je een sollicitatiegesprek voert!

Probeer op dezelfde golflengte te komen van de interviewer door zijn/haar houdingen en bewegingen te spiegelen. Je wint zo sneller een gevoel van begrip, sympathie en vertrouwen. Op gepaste momenten, zonder overdrijven, kun je glimlachen om te laten zien dat je je ontspannen en zelfverzekerd voelt.

Om het wat concreter te maken, geven we hierna een aantal voorbeelden:

Ogen:    Niet aankijken wordt vaak geassocieerd met iets verbergen, onbetrouwbaar of onzeker zijn. Het is belangrijk dat je met iedereen oogcontact houdt, niet staren of te gefixeerd, maar voor 85% van de tijd contact houdt met de mensen om je heen – via je ogen. Niet de ogen neerslaan of wegkijken op het moment dat je over jezelf moet vertellen: je kunt dan de indruk wekken erg onzeker te zijn of iets te verbergen te hebben.

Houding:    Ingezakt zitten roept vaak de associatie op met depressief, moedeloos, weinig ruggengraat. Je houding wordt al waargenomen bij binnenkomst, het is heel belangrijk je daarvan bewust te zijn. Kom je binnen als een bescheiden persoon die zich verlegen binnendringt in de ruimte? Of als iemand die gepast nieuwsgierig is naar de nieuwe werkkring? Neem daarom een actieve houding aan.

Zitten:    Er zijn verschillende manieren waarop je kunt zitten: sloom, ongeïnteresseerd, onrustig of arrogant. De manier waarop iemand in de stoel zit zendt een boodschap uit die meteen wordt waargenomen. Onderuitgezakt kan ongeïnteresseerd zijn en “sloom” zitten kan daarentegen weer schichtig overkomen. Te relaxed is wellicht verwaand of arrogant. Beter is volledig gebruik te maken van de stoel, rechtop, iets naar voren leunend.

Gebaren:    Verschillende gebaren kunnen zijn: zenuwachtig, energiek, overtuigend of gespannen. Gebaren kunnen je woorden onderstrepen waardoor ze het gesprek verlevendigen. Te veel gebaren leiden af van de inhoud en daardoor kan je erg onrustig of onzeker overkomen. Zoek hierin een middenweg; ergens tussen roerloos en onrustig in, komt het meest stabiel over.

Mimiek:    Enthousiast, argwanend, maar ook nerveus, of energiek. Bij sommige mensen kun je aan het gezicht aflezen hoe ze zich voelen! Prettig als je enthousiast bent over de functie, maar onhandig als je twijfelt over de baan. Dit laatste zal ook van je gezicht af te lezen zijn. Pak de mimische signalen van je gesprekspartners op en spiegel ook hier, want instemmend knikken kun je stimuleren door met enthousiasme door te gaan met je verhaal.

Intonatie:   Lijzig, zeurderig, pittig, vrolijk, somber: er zijn vele varianten! Bij intonatie moet je denken aan klemtonen en het leggen van accenten met je stem. Beklemtoon vooral woorden die je wilt benadrukken. Afwisseling in tempo en volume kunnen een verhaal heel levendig maken. Men luistert veel beter naar iemand die afwisselend praat dan naar een monotoon verhaal.

Ademhaling:   Rustig, hijgerig, zuchtend of heel hoog en oppervlakkig. Voldoende adem is noodzakelijk om verstaanbaar te kunnen spreken. In spannende situaties, zoals een sollicitatiegesprek, kan het voorkomen dat je te oppervlakkig gaat ademhalen zodat je halverwege het verhaal al buiten adem bent. Je kunt daardoor onverstaanbaar worden. Een ontspannen, regelmatige ademhaling is voor jezelf en voor de luisteraars het prettigst. Voordat het sollicitatiegesprek begint, even (een aantal keer) diep ademhalen!

Maak een account aan

Het Werkxyz account geeft u de mogelijkheid om CV's of vacatures te plaatsen en indien gewenst ontvangt u onze nieuwsbrief. »

Vertel het door

Bent u tevreden over onze dienstverlening en kent u iemand die op zoek is naar een baan of kandidaat?